Het verloop van de operatie zoals wij deze uitvoeren
Na het inleiden van de narcose, wanneer de hond voldoende slaapt, legt de assistente haar in rugligging op een kussen met handdoek. De poten worden vastgemaakt.
Via de tube in haar keel, wordt de teef verbonden met het narcosesysteem, waardoor zij zuurstof en (zonodig) narcosegas krijgt toegediend. De ECG wordt aangesloten, zodat we haar hartslag kunnen bewaken.
Op de onderbuik wordt een gedeelte geschoren en de huid wordt gewassen en ontsmet. Het operatiegebied wordt afgedekt met doeken.
De dierenarts start vervolgens met het zetten van een snede en de buikwand wordt geopend. Via de snede worden de eierstokken één voor één opgezocht, naar buiten gehaald, afgebonden met hechtdraad en verwijderd. De baarmoeder wordt gecontroleerd.
Alleen als de baarmoeder afwijkingen vertoont, wordt deze ook verwijderd. De buikwand wordt in drie lagen gehecht: de spierwand, de onderhuid en de huid. Door de kleine snede en de onderhuidse hechtingen is er aan de buitenzijde alleen een dun streepje zichtbaar.
Nazorg
Na de ingreep krijgt de teef een prikje om weer wakker te worden. Eenmaal wakker en goed op temperatuur, mag zij alweer naar huis. Dit betekent dat u uw hond in de meeste gevallen in de loop van de ochtend alweer op mag halen.
Voor de operatie heeft de hond een pijnstillende injectie gehad, hierdoor is de pijn al gereduceerd als zij wakker wordt na de ingreep. U krijgt pijnstillers mee voor de dagen na de operatie, dit om eventuele napijn te verminderen en de wondgenezing te bevorderen.
Verder mag de hond niet aan de wond likken, omdat deze hierdoor niet goed kan genezen en kan gaan infecteren. Wij hebben de mogelijkheid om een kraag om te doen of een speciaal t-shirt aan te trekken (Medical Petshirt) om te voorkomen dat de hond aan de wond kan likken. Na tien tot 14 dagen zien we u graag nog even terug met de hond voor een wondcontrole. Lees hier meer over de verdere nazorg.
Waarom zou ik mijn teef laten steriliseren?
Als u geen pups wilt van uw hond, adviseren wij om haar te laten steriliseren voor de eerste loopsheid. Het risico van het ontwikkelen van melkkliertumoren (mammatumoren) wordt het sterkst gereduceerd bij sterilisatie vòòr de eerste loopsheid, bij iedere loopsheid loopt het risico verder op.
Het is natuurlijk lastig in te schatten wanneer uw hond voor het eerst loops zal worden, per hond is dit verschillend. Is het teefje al loops geweest en u wilt haar wel laten steriliseren, dan raden wij aan om deze ingreep twee tot drie maanden na de loopsheid te laten plaatsvinden. De hormoonproductie is dan het laagst en zo is de kans op ontwikkelen van schijndracht na de operatie zo klein mogelijk. Ook verkleint dit de kans op eventuele complicaties tijdens de operatie.
Voordelen
Melkkliertumoren:
Als u besluit om voor de eerste loopsheid uw hond te laten steriliseren, op een leeftijd van vijf tot zeven maanden, verkleint u de kans aanzienlijk op de ontwikkeling van melkkliertumoren. U voorkomt op deze manier noodzakelijke, maar ingrijpende en kostbare operaties op latere leeftijd.
Suikerziekte:
Teven die niet gesteriliseerd zijn, blijven hun hele leven hormonen aanmaken. Progesteron zorgt voor aanmaak van groeihormonen in de melkklieren, dit hormoon remt de gevoeligheid van het lichaam op insuline. Hierdoor kan suikerziekte (diabetes) ontstaan. Suikerziekte bij de hond komt beduidend vaker voor bij oudere teven.
Baarmoederontsteking:
Bij niet gesteriliseerde teven komt het vaak voor dat zij vroeg of laat een baarmoederontsteking krijgen.
Door herhaalde periodes van loopsheid treedt een blijvende verandering in het baarmoederslijmvlies op. Hierbij ontstaat een verdikt slijmvlies wat vaak gepaard gaat met vele cysten (met vocht gevulde holtes). Dit maakt de baarmoeder gevoelig voor infectie. Deze infectie ontstaat vrijwel altijd aansluitend op de loopsheid omdat dan de weg naar de baarmoedermond open staat. Indien dit optreedt, is verwijdering van de baarmoeder en eierstokken de enige en juiste therapie.
Schijndracht:
Sommige honden ontwikkelen ongeveer twee maanden na de loopsheid schijndracht. Dit leidt tot ongewenst gedrag: piepen, onrust, graafgedrag, slepen met knuffels, (soms) agressie, en melkklierzwelling. De hond kan ook erg sloom worden.
Interactie met andere honden:
Als uw hond toch niet voor nageslacht hoeft te zorgen, is het erg prettig dat u haar niet tijdens de loopsheid aangelijnd moet houden om ongewenste dekking te voorkomen. U hoeft dan ook niet een blokje om te lopen om de reuen te ontwijken die erg in uw hond geïnteresseerd zijn. Voor uw eigen hond leveren dit soort situaties erg veel stress op.
Nadelen
Incontinentie:
De kans op incontinentie is na sterilisatie verhoogd. Teven produceren na de operatie nauweijks nog oestrogenen (en progesteron) meer. Door afwezigheid van oestrogenen wordt de sluitspier bij alle teven slapper. Bij een klein percentage honden leidt dit tot incontinentie.
Risicorassen zijn met name grote rassen zoals de Boxer, Dobermann, Old English Sheepdog, Weimaraner, Riesenschnauzer, Bouvier en Ierse setter. Ook de Dwergpoedel heeft een verhoogd risico. Bij rassen waarbij in het verleden de staart gecoupeerd werd, is het risico een stuk kleiner geworden nu ze wel hun staart mogen behouden. Bij deze risicorassen is het daarom beter om een teefje eerst een keer loops te laten worden voordat ze gesteriliseerd worden. Indien de hond incontinent wordt, is dit overigens meestal goed behandelbaar met medicijnen. Deze moeten dan wel levenslang gegeven worden.
Ook teefjes die als pup last hebben (gehad) van puppyvaginitis en/of puppycystitis, of rassen die hiervoor aanleg hebben, kunnen beter eerst een keer loops worden voordat ze gesteriliseerd worden. Bijvoorbeeld Franse Bulldogjes.
Overgewicht:
Na de sterilisatie zal door de afwezigheid van hormonen de stofwisseling op een lager niveau komen te liggen. De kans op overgewicht neemt toe als de hond dezelfde hoeveelheid voeding blijft krijgen. Het is verstandig om gecastreerde honden bewust minder te geven om overgewicht te voorkomen. U mag gerust 10-20% minderen. Verder is voldoende blijven bewegen heel belangrijk.
Vachtverandering:
We zien bij de langharige rassen dat de vacht na de ingreep pluiziger en/of doffer eruit kan gaan zien. Bij o.a. Ierse Setters, Cocker Spaniels, Border Collies en langharige teckels kan dit voorkomen. In het geval van een showhond is dit uiteraard ook niet gewenst. Voor de hond echter is dit geen probleem, deze voelt zich er niet anders door en zal zichzelf niet in de spiegel staan bewonderen.
Karakter:
In sommige gevallen kan de teef na de castratie wat feller/scherper reageren op haar omgeving. In de praktijk horen we dit gelukkig erg weinig.